Inhoudstabel
...page... Wiki page pagination has not been enabled.
Psalm 102: Jij blijft altijd wie Je bent
De tekst
’Bijbel in gewone taal’
(Deze Bijbeltekst komt uit de Bijbel in Gewone Taal, © Nederlands Bijbelgenootschap 2014, p. 977-979)
Een gebed van iemand die bijna sterft van ellende. Hij vertelt aan de Heer hoe ongelukkig hij is.
Heer, ik roep om hulp
Heer, hoor mijn gebed,
hoor hoe ik om hulp roep.
Verberg u niet voor mij.
Ik ben in nood,
luister naar mij!
Ik roep naar u,
geef mij toch antwoord.
Elke dag word ik zwakker,
mijn lichaam is heet van de koorts.
Ik heb nergens kracht meer voor,
eten wil ik niet meer.
Ik ben mager van verdriet,
je kunt bijna mijn botten zien.
Ik ben alleen,
als een vogel in de woestijn,
als een uil in een verlaten huis.
Ik lig wakker,
ik ben alleen,
als een eenzame vogel op het dak.
Mijn vijanden lachen me uit.
Ze schelden en spotten, elke dag weer.
Ik eet zand in plaats van brood.
Ik drink mijn eigen tranen,
zo veel verdriet heb ik.
Want u bent woedend op mij!
Het is alsof ik afval ben,
alsof u mij hebt weggegooid.
Mijn dagen gaan zomaar voorbij,
al mijn kracht is weg.
U bent koning, Heer
Maar u bent voor eeuwig koning, Heer,
uw naam zal nooit vergeten worden.
Laat ons zien dat u nog steeds van Sion houdt!
Het is nu tijd om uw stad te redden,
het is tijd voor vergeving.
Want wij zijn uw volk,
wij houden van deze stad,
ook al is er veel verwoest,
ook al zien we alleen maar stenen en stof.
Heer, uw volk zal om vergeving vragen,
en u zult luisteren naar hun gebed.
U zult Sion weer opbouwen
en laten zien hoe machtig u bent.
Dan zullen alle volken u vereren,
alle koningen op aarde zullen voor u buigen.
Uw volk zit gevangen in verre landen,
ze zijn bang voor de dood.
Maar u zult omlaag kijken vanuit de hoge hemel
en zorgen voor uw mensen op aarde.
U zult hun gebed horen en hen bevrijden,
u zult uw volk een nieuw leven geven.
Dat moet worden opgeschreven voor hun kinderen,
dan kunnen ook zij over u zingen!
Dan zullen alle volken naar Sion komen,
daar zullen ze u vereren.
Ze zullen vertellen over uw daden, Heer,
ze zullen zingen over uw macht.
God, u leeft voor altijd
God, ik ben nog jong,
maar u hebt mijn kracht al weggenomen.
God, zelf leeft u voor altijd.
Laat mij niet nu al sterven,
haal mij niet nu al weg uit het leven.
Lang geleden hebt u de aarde vastgezet,
en u hebt ook de hemel gemaakt.
De hemel en de aarde zullen verdwijnen,
maar u blijft altijd bestaan.
De hemel en de aarde zullen vergaan,
zoals oude kleren verslijten.
Niets blijft er van ze over.
Maar u blijft altijd wie u bent,
u leeft voor altijd.
Onze kinderen zullen in vrede leven,
en ook voor hun kinderen zult u zorgen.
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Gebed van een ongelukkige die dreigt te bezwijken
en zijn hart bij God uitstort.
God, hoor mijn gebed,
laat mijn geroep om hulp tot bij Jou komen,
wend je gezicht niet van me af
nu, in het uur van mijn nood.
Wil luisteren naar wat ik zeg:
antwoord me snel, nu ik naar je roep.
Want mijn dagen vervliegen in rook.
Het brandt binnenin mij als vuur.
Mijn hart is zo verschroeid als dor gras
ik vergeet mijn brood te eten.
Vol gejammer ben ik nog slechts vel over been.
Ik gelijk op een kraai in de woestijn.
Ik ben als een uil die in ruïnes huist.
Ik kan niet slapen,
ik ben eenzaam als een vogel op het dak.
Heel de dag spotten mijn vijanden met me
en gebruiken mijn naam als een vloek.
Als brood eet ik as,
wat ik drink vermeng ik met tranen
omwille van jouw toorn:
Je tilde me pop en liet me daarna vallen.
De schaduw van de nacht valt over mijn leven
en ikzelf ben gras dat verdort.
Nochtans, God, jouw troon staat voor altijd,
jouw naam blijft van generatie tot generatie.
Sta op, zorg voor Sion.
De tijd is gekomen om goed te zijn voor haar,
Je dienaren houden veel van haar stenen.
Vol verdriet zien zij de ruïnes.
God, volken zullen je naam respecteren,
en alle koningen van de wereld je glorie
want God bouwt Sion weer op,
Hij is verschenen in majesteit.
Hij richtte zich naar de roep van de daklozen,
hun gebed heeft Hij niet afgewezen.
Voor de volgende generaties wordt opgeschreven:
een herboren volk looft God.
Hij keek neer vanuit heilige hoogten,
keek neer vanuit de hemel op aarde
om de klacht van gevangenen te horen,
en kinderen te bevrijden van de dood.
Dat men de naam van God in Sion verkondigt,
zijn lof zingt in Jeruzalem,
wanneer volken en koninkrijken samenkomen:
om God te dienen.
Hij brak mijn kracht op de weg!
Hij verkortte mijn dagen.
Ik smeek: 'Doe me niet heengaan, mijn God,
op de helft van mijn dagen.
Jouw jaren zijn eeuwen en eeuwen!'
Voor alle tijden heb Jij de aarde gegrondvest,
de hemel is werk van jouw handen.
Al zouden ze vergaan, Jij houdt stand:
al raakten zij versleten als een mantel
- dan vervang je hen.
Nochtans blijf Je wie Je bent,
Je jaren kennen geen einde.
Laat de kinderen van je dienaren hier wonen
voor je oog en ook hun nakomelingen.
Stilstaan bij …
Vijand
Wordt gezien als de tegenspeler van God. Satan of de dood, die in menselijke vijanden verschijnt.
Stenen
Na de verwoesting van de stad en haar tempel, bleef Jeruzalem een ruïne.
Bij de tekst
Twee thema’s
In deze psalm komen aan bod:
. het gebed van iemand die dreigt te sterven
. de hoop voor de toekomst van het volk en het land
Boetepsalm
Deze psalm is één van de zeven psalmen (Psalmen 6, 32, 38, 51, 102, 130, 143) die een ‘boetepsalm’ worden genoemd. Dit zijn psalmen die gebeden werden / worden
. bij de ziekenzalving, bij de stervensbegeleiding en de uitvaart.
. ze werden / worden ook voorgelezen op bijzondere kerkelijke dagen (b.v. Aswoensdag, Goede Vrijdag).
. ze kunnen ook gelezen worden om de eigen zonden te bekennen en berouw te tonen.
In de middeleeuwen werden die boetepsalmen in bijna elk getijdenboek opgenomen.