Inhoudstabel
...page... Wiki page pagination has not been enabled.
Jakobus 1, 19-27: Het woord van God doen
De tekst
Dichter bij de tijd
(Bewerking: C. Leterme)
Geliefde broeders en zusters,
Weet: ieder moet vlug zijn in het horen,
maar langzaam in het spreken,
en ook langzaam in het kwaad worden.
Want wie kwaad is, doet dingen die God niet goed vindt.
Wees zachtmoedig en doe daarom alles weg wat slecht is.
Aanvaard zo de boodschap
die in jou is geplant en die je kan redden.
Vergis je niet: alleen horen is niet genoeg,
je moet ook doen wat je gehoord hebt.
Want wie de boodschap hoort en er niets mee doet,
is als iemand die zijn gezicht in een spiegel bekijkt,
en vergeet hoe hij eruitzag van zodra hij weggaat.
Maar wie zich spiegelt in de wet die vrijheid brengt,
en dat blijft doen,
niet als iemand die hoort en vergeet,
maar als iemand die ernaar handelt,
die zal gelukkig zijn, juist om wat hij doet.
Wie meent dat hij God dient,
terwijl hij zijn tong niet kan controleren,
zit op een dwaalspoor,
en heel zijn godsdienst is vergeefse moeite.
De enige zuivere manier om onze God, de Vader, te dienen is:
weduwen en wezen opzoeken in hun nood,
en zich niet laten misleiden door mensen
die met God geen rekening houden.
Stilstaan bij ...
Doen wat je gehoord hebt
Voor Jakobus is 'geloven' iets heel concreet: het is niet alleen het woord van God beluisteren, maar er ook naar handelen. Geheel in de lijn van de profeten zegt hij dat 'zuivere' vroomheid is: handelen naar het woord van God.
Bij de tekst
Jacobus
Klik hier voor meer informatie over Jacobus.
Suggesties
Grote kinderen
VERTELLEN
Twee soorten handen
(C. LETERME, 99 verhalen met een knipoog, Averbode, 2014, p. 62)
Twee mensen kwamen aan de hemelpoort.
Voor ze binnen gingen, vroeg God:
- Toon me jullie handen.
De eerste toonde ze meteen.
- Kijk,
mijn handen zijn net en verzorgd.
Ik heb niemand kwaad gedaan
en ik heb ze altijd gewassen in onschuld.
- Ik zie mooi verzorgde handen, zei God,
maar ze hebben nooit naar mensen gereikt
en ze hebben nooit iemand verdedigd of gered.
Ik zie geen leven in je handen.
Ik zie alleen maar schone schijn!
Toen keek God
naar de handen van de tweede man.
- Sorry,
mijn handen zijn vuil
van wat ik allemaal gedaan heb.
Ik droomde van een nieuwe wereld,
een rechtvaardige wereld, vol vrede,
waar mensen gelukkig kunnen zijn.
Maar het enige wat ik kon redden,
is dit musje.
God keek naar de man.
- Kom binnen in mijn huis, zei Hij.
Je handen zijn wel vuil,
maar ze dragen het begin
van een nieuwe wereld.
Overweging bij het verhaal
Het zal je maar overkomen!
Je bent dan eindelijk in die hemel
en het eerste wat God doet
is aan de mensen die binnenkomen
vragen om de handen te mogen zien.
Was ik misschien
beter eerst naar een manicure gegaan?
Maar dan komt het criterium
waarmee God naar de mensen kijkt:
handen dienen om naar mensen te reiken,
om ze te verdedigen of te redden,
om ze te verzorgen of te liefkozen.
En zo komt het dat de vuile handen van de tweede man
heel sterk gewaardeerd werden door God.
Niet omdat ze vuil waren,
maar omdat ze toonden
dat hij de handen uit de mouwen had gestoken
om van de wereld een plaats te maken
waar het voor iedereen goed is om te leven.
Jongeren
VERTELLEN
De les van de boer
(C. LETERME - bewerking van een joods verhaal)
Rabbi Mosje Leib zei tot zijn leerlingen:
'Hoe ik van de mensen moet houden,
heb ik van een boer geleerd.'
Zijn leerlingen keken verrast op
en wachtten vol spanning
op het verhaal dat zou volgen.
'Er was eens een boer
die met andere boeren
in een kroeg zat te drinken.
Eerst zei hij niet zoveel,
maar na een paar glaasjes
vroeg hij aan zijn buurman:
"Zeg eens, zie je me graag?"
De ander zei:
"Ik zie je heel graag."
Toen zei de boer:
"Jij zegt dat je me heel graag ziet
en toch weet je niet wat mij ontbreekt.
Als je echt van me zou houden,
dan zou je dat zeker wel weten."
De andere boer zweeg.
Hij wist niet wat hij daarop moest zeggen.
En de boer zweeg ook.'
Rabbi Leib keek zijn leerlingen aan.
'Van iemand houden
dat is: zien wat iemand te kort komt,
en zijn leed dragen.'