Loading...
 

Genesis 4, 1-16: Kaïn en Abel

Ruzie


...page... Wiki page pagination has not been enabled.

Genesis 4, 1-16: Kaïn en Abel

De tekst

Dichter bij de tijd

Kaïn en Abel
(Bewerking: C. Leterme)

Adam en Eva kregen twee zonen: Kaïn en Abel.
Kaïn werd landbouwer, Abel schaapherder.
Op een dag wilde Kaïn de vruchten van zijn akker
als geschenk aan God geven.
Hij zei: 'Ik geef deze vruchten aan God terug
om Hem te laten zien dat ik dankbaar ben.'
Abel wou God ook een geschenk geven.
Daarom zocht hij de eerstgeboren lammetjes
van zijn beste schapen.
Toen Kaïn en Abel de geschenken wilden in brand steken,
was het alsof God Kaïns geschenk niet wilde hebben.
De veldvruchten wilden maar geen vlam vatten.
Kaïn werd jaloers op zijn broer.
Hij dacht: 'God ziet hem liever dan mij.
Zie maar: zijn offers worden aanvaard, de mijne niet.'
Hij werd woedend.
'Waarom ben je boos en kijk je zo grimmig'
vroeg God aan Kaïn,
'Als je het goede doet, ben je opgewekt,
maar als je het goede niet doet,
dan loert het kwade om de hoek.
Zul je jezelf dan nog meester blijven?'
Maar Kaïn liep weg en zei tegen zijn broer:
'Laten we gaan wandelen.'
Toen ze buiten waren,
sloeg Kaïn zijn broer zo hard, dat hij dood neerviel.

'Waar is je broer Abel?' vroeg God.
'Ik weet het niet,' antwoordde Kaïn,
'moet ik dan op mijn broer passen?'
Toen zei God: 'Wat heb je gedaan, Kaïn?
Aan Mij behoorde het leven van je broer, niet aan jou.
Vanaf nu zul je een zwerver en vluchteling op aarde zijn.'
Toen zei Kaïn tot God: 'Die straf is te zwaar om te dragen?
Gij jaagt mij weg van mijn akker die voor mijn eten zorgt
en ik zal nergens meer veilig zijn,
want ieder die me ontmoet, zal me willen doden
omdat ik Abel heb gedood.'
'Nee,' zei God, 'wie jou doodt, zal het zevenvoudig boeten.
Niemand mag een man doden omdat hij een ander dood deed. Om jou te beschermen, geef Ik je een merkteken
zodat iedereen die jou tegenkomt,
weet dat hij je niet mag doden.
Daarna trok Kaïn weg en ging wonen in het land Nod.




Waar is je broer?
(B. OFFRINGA, Op weg, verhalen uit de bijbel voor kinderen, Meinema, 1994, p. 152-153)

Op elke sabbat komen de joden in groepen bij elkaar bij de rivier.
Omdat er geen joodse tempel is in Babylonië, kunnen de priesters hun priesterwerk niet meer doen. Nu lezen ze op de sabbat voor uit de boekrollen die ze uit Jeruzalem hebben meegenomen. En ze leren de mensen wat de verhalen in die boekrollen betekenen.
De leraar van de groep waar Micha met zijn ouders bij hoort, leest op deze sabbat voor uit de boekrol van Mozes waarin de Tien Woorden zijn opgeschreven. Daarna mogen er vragen gesteld worden aan de leraar.
Als Micha aan de beurt is zegt hij: 'Mijn vader heeft me het verhaal over Adam en Eva verteld. Daar wil ik iets over vragen. Nadat Adam en Eva van de verboden boom hadden gegeten, verstopten ze zich voor God. Toen vroeg God: 'Adam, waar ben je?' Dat begrijp ik niet. Waarom vroeg God: 'Adam, waar ben je?' Je kunt je toch nooit voor God verbergen?'
De leraar antwoordt: 'In dit verhaal gaat het eigenlijk over jou en mij. De naam Adam betekent 'mens'. Als God in dit verhaal vraagt: Adam, waar ben je? dan wordt daarmee bedoeld dat Hij aan óns vraagt: mens, waar ben je? Wat doe je met je leven?
Zo is dat ook met het verhaal over de eerste zonen van Adam en Eva. Het verhaal over Kaïn en Abel:

Kaïn, de oudste zoon, was groot en sterk. Hij hield ervan op het land te werken. Hij ploegde de aarde om en strooide er zaad in. Wat was hij trots toen er koren groeide op zijn land. Zo kon hij ervoor zorgen dat er meel was om brood te bakken.
Abel werd schaapherder. Hij zorgde goed voor de schapen en de lammetjes.
Op een dag maakte Kaïn van stenen een altaar. Daarop legde hij korenaren van zijn akker als een offer voor God. Abel maakte ook een altaar en legde daarop de vacht van een schaap dat hij geschoren had.
Zo wilden ze God laten zien dat ze dankbaar waren voor het koren en de dieren.
Maar Kaïn dacht dat God meer om Abel gaf dan om hem en hij werd boos. God zag het en zei tegen Kaïn: 'Waarom ben je boos en loop je met gebogen hoofd? Als je iets wilt doen wat goed is, kun je rechtop lopen. Maar als je boos bent, pas dan op en doe geen verkeerde dingen.'
Kaïn luisterde niet naar God. Op een dag toen hij samen met Abel buiten in het veld was, werd hij ineens zo kwaad op zijn broer dat hij hem heel erg hard sloeg. Abel viel op de grond en stond niet meer op.

Kaïn schrok. Hij wilde wegvluchten, maar daar hoorde hij de stem van God die hem vroeg: 'Waar is je broer Abel?'
'Dat weet ik niet', zei Kaïn, 'ik hoef toch niet op mijn broer te letten?'
God zei: 'Wat heb je gedaan, Kaïn? Je hebt je broer dood geslagen! Je kunt hier niet meer blijven wonen. Je zult gaan zwerven als een vluchteling en je nergens meer thuis voelen.'
Toen riep Kaïn wanhopig: 'Ik weet dat ik iets verschrikkelijks heb gedaan! Nu ik zonder bescherming als een vluchteling moet leven, zal iedereen mìj willen doden.'
God zei: 'Nee Kaïn. Ik laat jou niet in de steek. Niemand mag jou doden zoals jij je broer hebt gedaan.'
Kaïn trok weg en werd een zwerver in een vreemd land.

De leraar zwijgt even. Dan zegt hij: 'Waar is je broer? Waar is je zuster? Dat vraagt God ook aan ons.'



Als je dit verhaal aan kinderen vertelt...

... vertel het dan niet te polariserend: Abel wordt dan te mooi afgeschilderd, Kaïn te lelijk.

... heb ook aandacht voor de zorg van God voor Kaïn (spreek niet alleen over God die straft).

... maak tegelijk duidelijk wat de betekenis is van een offer.

... dan kun je het inleiden als volgt:
Steeds meer oorlogen, ruzies en conflicten...
steeds hetzelfde liedje! Mensen vroegen zich af: hoe komt het toch dat mensen slecht voor elkaar kunnen zijn, terwijl ze door God goed bedoeld zijn?
Er is een oud verhaal in de bijbel dat daar iets over vertelt...
(Bron: Beloofd blijft beloofd, handleiding B, p. 73)



Stilstaan bij...

Waar is Abel?
De mens draagt een verantwoordelijkheid, die hij niet van zich kan afschudden.

Offer
Dat is een geschenk dat men aan God geeft. Lang geleden mensen offerden voor hun goden uit angst, uit eerbied, uit dankbaarheid of om iets aan God te vragen. Ze offerden steeds iets waardevol: de beste vruchten van het veld, het beste dier ... Voor een schaapherder zijn de lammeren zijn kostbaarste bezit: zij zorgen voor de uitbreiding van de kudde.

Maar in de Bijbel zeggen de profeten dat 'rechtvaardig zijn' en met God rekening houden in je leven belangrijker is dan te offeren.

Teken
= een stamteken, dat verplicht tot solidariteit op leven en dood, en op die manier beschermt tegen moord.



Wat een naam betekent

In de Bijbel is een naam heel vaak de synthese en samenvatting van de betekenis van die persoon:

Kaïn
de bezitter, de heerser, de verwerver.
Kaïn vertegenwoordigt een manier van leven die ten koste gaat van anderen.

Abel
niets, nietigheid, lucht, ademtocht, een zucht van de wind.





Bij het verhaal

Echt gebeurd?

Dit verhaal heeft het over een reeds gevorderde beschaving die een clan-organisatie (andere mensen kunnen Kaïn doden) en cultus-praktijken kent en over de botsing van verschillende cultuurfasen.
De bijbel typeert deze cultuurfasen met de volgende figuren:
Abel: herders
Kaïn: landbouwers
Henach: stedelingen
Jabal: veefokkers
Jubal: artiesten
Jubal Kaïn: technici



Spreken over God

Wie het verhaal oppervlakkig leest, leest dat God iemand is die willekeurig de ene mens verkiest boven de ander.

Wie het grondiger leest, herkent het beeld naar van een God die:
- het opneemt voor mensen voor wie niemand kiest. (aanvankelijk voor Abel, later ook voor Kaïn)
- de promotor is van het leven (zowel dat van Abel als dat van Kaïn)
- niet definitief veroordeelt: Hij geeft een nieuwe kans.
Als mensen naar het beeld van God geschapen zijn, dan houdt dit verhaal een hele opdracht in...


De zonde tegen God (Gen. 3) leidt tot de zonde tegen de mens. De aanleiding tot zonde is de hoogheidswaan (hubris):
. Kaïn duldt niet dat God meer tevreden is van Abel dan van hem. Hij wil alles alléén hebben en geen ruimte geven aan zijn medemens, zijn naaste, zijn broer.
. Kaïn wil eigenmachtig beslissen over het leven van Abel - leven dat uit Gods hand komt!


Het verhaal van Kaïn en Abel toont dat er meer is dan de survival of the fittest: ook de zwakkeren hebben recht op leven.





Bijbel en kunst

Beelhouwkunst

L. GHIBERTI

De Italiaanse kunstenaar Lorenzo Ghiberti (1378 - 1455) was bronsgieter, maker van gebrandschilderde ramen en beeldhouwer. Hij had een invloedrijk atelier te Firenze.
Hoewel hij leefde in de tijd van de gotiek, is de doorbraak naar de Renaissance te zien in de weergave van menselijke lichamen.

Ghiberti

Dit bronzen paneel op een van de deuren van het baptisterium (doopkapel) in Firenze, stelt het verhaal van Kaïn en Abel voor. Dit kunstwerk is te lezen als een stripverhaal.




Suggestie
Lees het verhaal in de Bijbel en zoek de juiste volgorde van de taferelen op deze bronzen plaat.





Schilderkunst

P. NOVELLI

Kaïn doodt Abel
Pietro Novelli (1603 – 1647) was een Italiaanse kunstschilder uit de barok, die vooral werkzaam was in Palermo (Sicilië).

Pietro Novelli

De donkere kleur van dit kunstwerk wordt onderbroken door vier ‘lichtpunten’: Kaïn, Abel, het vuur van het offer, God zelf.

Let op de verschillende kleur van de lichamen: dat van Kaïn heeft een rode / warme ondertoon, dat van Abel heeft reeds de kleur van een overledene.
Rechtsboven spreekt God zijn oordeel uit over Kaïn en de eerste broedermoord. Hij wordt als een mens uitgebeeld, net zoals de Grieken en Romeinen God de ‘vadergod’ (Jupiter / Zeus) als een oude man afbeeldden.





Suggesties

Grote kinderen

EVEN TESTEN

Juist verbinden

De tekeningen staan al in de juiste volgorde. Nu nog de tekst.
Verbind elke tekst met de tekening die erbij past.

Kain 13 Kain 14
K 15 K 16
K 17 K 18

A

Abel wou God ook een geschenk geven.
Hij zocht de eerstgeboren lammetjes van zijn beste schapen voor God.
Toen Kaïn en Abel de geschenken wilden in brand steken,
brandden alleen de lammetjes, alsof God het geschenk van Kaïn niet wilde hebben.

B
Adam en Eva kregen twee zonen: Kaïn en Abel.

C
'Waar is je broer Abel?' vroeg God.
'Ik weet het niet,' antwoordde Kaïn, 'moet ik dan op mijn broer passen?'
Toen zei God: 'Wat heb je gedaan, Kaïn? Aan Mij behoorde het leven van je broer, niet aan jou.
Vanaf nu ben je een zwerver en vluchteling.'

D
Op een dag wilde Kaïn de vruchten van zijn akker als geschenk aan God geven.
Hij zei: 'Ik geef deze vruchten aan God om te laten zien dat ik Hem dankbaar ben.'


E
Kaïn werd jaloers op zijn broer. Hij werd woedend.
Hij zei tegen zijn broer: 'Laten we gaan wandelen.'
Toen ze buiten waren, sloeg Kaïn zijn broer zo hard, dat hij dood neerviel.

F

Kaïn werd landbouwer, Abel schaapherder.



Correctiesleutel
1B, 2F, 3D, 4A, 5E, 6C



Wie is wie?

03Can Y Abelkleurplaat

Bespreek eerst deze prent:
- Wat zie je op de tekening?
- Wie zie je op de tekening?
- Hoe weet je wie wie is?
(Abel is de schaapherder en draagt een schaapje; Kaïn is de landbouwer en draagt op zijn rust en in zijn handen opbrengst van het veld.)

Nadien kleuren de kinderen de tekening in.



Wie offert wat?

Schrijf eerst de juiste naam bij de juiste persoon.
(Kaïn staat links; Abel staat rechts)

Verbind daarna elk voorwerp dat een mogelijk offer voorstelt met de juiste persoon.

H09 Cain And Abel


Tarweschoof Koe Bloemen Coloriage Pigeon Wijnstokken Met Druiven






VERDIEPEN

Breek muren af

(naar C. LETERME, in Zonnestraal 19-2002 p. 8)

Materiaal
Schoendozen, waarbij op een zijkant kan geschreven worden. Met deze schoendozen wordt letterlijk een muur gebouwd.

Of tekenbladen die je verknipt op verschillende groottes. Met deze bladen geef je op de grond of tegen een muur een ‘muur’ weer.

Op die stenen zou je vooraf al kunnen schrijven: ‘Jij bent raar’, ‘Jij bent daar niet goed in’, ‘Ik kan dat beter’, ‘Ik ben toch de sterkste’, of andere woorden of zinnen van die strekking (iets wat mensen kunnen denken of zeggen als ze de ander willen uitsluiten).


Verloop
Vertel:
Kaïn bouwt een muur tussen zichzelf en Abel.
Ook mensen bouwen muren tussen elkaar van allerlei dingen die ze zeggen, waardoor ze niet meer samen kunnen werken.

Stenen Muur

- Kijk eens om je heen en ook naar jezelf.
- Vul de muur verder aan met alles wat je hoort en ziet bij mensen die ruzie maken.
- Wat vind je zelf van al die ‘muren’?


God zegt tegen Kaïn: ‘Als je het goede doet, ben je opgewekt.’
Dus kun je maar beter die muren afbreken.
Bouw maar beter een brug met de stenen.

- Zoek naar stenen die volgens jou het meest geschikt zijn om een ‘brug naar anderen’ te bouwen.

Brug



Een nieuwe kans voor iedereen!

Materiaal
Blanco kaartjes
(Noteer eventueel zelf al op een aantal kaartjes wat je als jaloersheid aantreft bij kinderen)
Stoffen zakje of omslag.


Verloop
Lees het verhaal voor van Kaïn en Abel.
Kaïn bleek jaloers te zijn op Abel.

Sta met de kinderen hierbij stil:
- Zijn jullie weleens jaloers?
- Waarom zijn jullie jaloers?
(De ander heeft meer, heeft beter, ...)
(Noteer elke vorm van jaloersheid of een apart blanco kaartje. Steek die kaartjes nadien in een zakje / omslag samen met de zelf ingevulde kaartjes met situaties die de kinderen zelf niet hebben aangebracht.)

Verdeel dan de groep kinderen in groepjes van drie.
Elk groepje trekt een kaartje uit het zakje.
Ze spelen deze situatie en ook hoe ze daar verder mee omgaan.
kind 1: kind dat iets heeft of iets kan waar de ander jaloers op is
kind 2: kind dat jaloers is
Kind 3: is ‘iedereen’ (kan dus broer, zus, vriendje zijn)

Noteert wat je bij het spel is opgevallen.

Wanneer alle kinderen hun ‘stukje’ gespeeld hebben, roep je ze bijeen in een kring, om de houdingen die ze gezien hebben te bespreken.
Neem daarvoor één voor één de kaartjes die door de groepen gespeeld werden:
- Wat vind je ervan dat iemand jaloers is op...?
- Wat vind je van de reactie die ze uitgebeeld hebben?
- Wat vind je van de reactie van het derde kind?

Maak met de antwoorden een inventaris van de verschillende reacties die men kan hebben op jaloersheid.
- Wat vinden jullie daar nu zelf van?
- Welke houding stellen jullie voor i.p.v. jaloersheid.
Noteer deze houdingen op een flap die een tijd in de ruimte blijft hangen waar deze activiteit plaatsvond.





BELEVEN

Wat doe je als een ander erg boos is?

. hem / haar even alleen laten
. niet roepen als je antwoordt
. niet lachen
. er iemand anders bijhalen die niets met de ruzie te maken heeft.



Hoe los je een ruzie op?

(Naar Zonnestraal 2016-2016 - 8, p. 8)
Een ruzie kun je op verschillende manieren oplossen.
Dit is er één van:

. Eerst moet je rustig worden.

. Wat is het probleem?
Al wie betrokken is bij de ruzie, mag het probleem uitleggen. Men doet dat in de ik-persoon. Want het gaat om het probleem van wie aan het woord komt. Er wordt ook niet gepraat over anderen of in plaats van anderen.

. Ga op zoek naar een oplossing.
Doe dat met wie niets met de ruzie te maken heeft. Iedereen mag zeggen wat hij denkt.

. Denk na over de verschillende voorstellen: wat werkt? Wat werkt niet? Iedereen luistert hierbij goed naar elkaar.

. Zoek samen de beste oplossing. Zoek ook wat iedereen moet doen om de oplossing te doen slagen.

. Onderzoek na een paar dagen of de oplossing gewerkt heeft en of ze nog steeds werkt.





Jongeren

VERDIEPEN

Stellingenspel

. Mensen die je niet kent moet je links laten liggen.
. Hongersnood in Afrika, overstroming in Azïe, bootvluchtelingen ... hun zorg. Zij helpen ons toch ook niet! Daarom doe ik niet mee aan zo'n acties.
. Wie mijn vrienden niet zijn, zijn mijn vijanden.


Klik hier voor info over de manier waarop je met deze stellingen kunt werken.





BELEVEN

Wat doe je tijdens een ruzie?

. Hou wat afstand.
. Begin er niet over op sociale media.
. Probeer de ander te begrijpen.
. Luister goed naar de andere: denk niet na over je antwoord terwijl de andere nog spreekt.
. Aanvaard dat iedereen anders / verschillend is.
. Laat op een bepaald moment het verleden achter je.





Overweging

‘Wie een vuist maakt
kan geen hand geven.’
(BzN)