Loading...
 

19e zondag door het jaar A - eerste lezing

File0002031214829


...page... Wiki page pagination has not been enabled.

1 Koningen 19, 9a.11-13a: Elia ontmoet God

De tekst

Dichter bij de tijd

(Naar 1 Koningen 19, 1-16 – Bewerking C. Leterme)

Koningin Izebel stuurde iemand naar Elia met de boodschap:
‘Binnen vierentwintig uur laat ik u doden.’
Toen Elia dat hoorde, vluchtte hij naar de woestijn.
Daar ging hij onder een bremstruik zitten. Hij zei tot God:
‘God, het is mij allemaal teveel!
Laat mij sterven want ik ben niet beter dan mijn voorvaders.’
Daarna ging hij neerliggen en sliep in.
Opeens stootte een engel hem aan en zei: ‘Sta op en eet.’
Hij keek op en zag bij zijn hoofd een koek en een kruik water.
Hij at en dronk en viel weer in slaap.
Wat later stootte de engel hem voor de tweede maal aan en zei:
‘Sta op en eet; anders ben je niet sterk genoeg om te reizen.’
Elia stond op, at en dronk, en kwam zo terug op kracht.
Dan liep hij veertig dagen en nachten,
tot hij de berg Horeb bereikte.
Daar ging hij een grot binnen en bleef er overnachten.
God vroeg: ‘Waarom bent je hier, Elia?’
Elia zei: ‘Omdat ik mij heel hard heb ingezet voor U.
De Israëlieten hebben uw verbond vertrappeld,
uw altaren omgeduwd en uw profeten onthoofd.
Ik ben de enige die overgebleven is en nu willen ze me ook doden.’
God zei: ‘Kom naar buiten.’
Dan ging God voorbij.
Eerst kwam er een zeer zware storm
die bergen deed splijten en rotsen verbrijzelen.
Maar God was niet in de storm.
Daarna was er een aardbeving.
Maar ook in de aardbeving was God niet.
Op de aardbeving volgde de bliksem.
Maar ook in de bliksem was God niet.
Op de bliksem volgde het suizen van een zachte bries.
Als Elia dat hoorde, bedekte hij zijn gezicht met zijn mantel.
Hij ging naar buiten en bleef staan bij de ingang van de grot.
God zei: ‘Ga terug Damascus.
Daar moet je de nieuwe koningen zalven,
en Elisa moet je zalven als jouw opvolger.’



Stilstaan bij ...

Profeet
(Grieks = ‘iemand die spreekt voor of in naam van een ander’)
Een profeet spreekt in naam van God. Als hij goed nieuws brengt, verwoordt hij Gods beloften van zegen en geluk. Als hij een concrete situatie aanklaagt, roept hij op om die te veranderen, en om te keren vanuit Gods droom over de wereld.
Bijbelse profeten voorspellen dus niet, zij geven hun visie op de actualiteit vanuit de belofte die God deed in het verleden, zodat het volk in de toekomst anders gaat leven.

Elia
(Hebreeuws = Mijn God is JHWH)
Eén van de grootste profeten van Israël. Hij trad op tussen 870 en 850 voor Christus in het Noordrijk, toen de Israëlieten begonnen afgoden te vereren.
Hij wordt als een tweede Mozes getypeerd.

Horeb
Naam die in het Noorden voor de Sinaï gebruikt wordt. De Horeb is niet zomaar een berg in de woestijn, het is dé plaats waar God zich met het volk Israël verbonden heeft.
De tocht naar de Horeb kan men lezen als de terugkeer naar de bron: een herbronning die leidt naar een vernieuwde activiteit.

Grot
Deze grot werd eerder in hoofdstuk 18 genoemd. In die grot verborg de profeet Obadja honderd profeten zodat ze aan de dood konden ontsnappen.

Heer
Gewoonlijk is ‘Heer’ een respectvolle manier om iemand aan te spreken.
De joden gebruiken het woord ‘Heer’ wanneer ze over God spreken. Want uit eerbied voor God willen ze zijn eigen naam niet uitspreken.

Storm / aardbeving / vuur – bliksem
Met deze natuurverschijnselen, maakte Baäl, de vruchtbaarheidsgod van Kanaän, zich kenbaar.
Zo wordt in deze tekst duidelijk dat Jahwe zeker niet minder machtig is dan Baäl. Maar Jahwe is anders! Hij gaat niet op in de geweldige krachten van de natuur: Hij gaat een verbond met de mensen aan.

Suizen van een zachte bries
Dit is een poëtische vertaling van Hebreeuwse woorden die te omschrijven zijn met: ‘een stem, die met stomheid slaat, die stil maakt.’ Om deze stilte beter te laten spreken heeft de schrijver eerst het grote gedruis op de toehoorder losgelaten.

Zijn gezicht met zijn mantel bedekken
Deze zin herinnert aan de volgende tekst:
Mozes vroeg: ‘Laat mij uw heerlijkheid zien.’ Hij (God) antwoordde: ‘Ik zal in mijn goedheid aan u voorbijgaan en in uw bijzijn de naam Heer uitroepen. Want Ik schenk genade aan wie Ik wil en barmhartigheid aan wie Ik wil.’ Maar Hij voegde eraan toe: ‘Mijn gelaat kunt u niet zien, want geen mens kan mijn gelaat zien en in leven blijven.’ Toen sprak de Heer: ‘Hier bij Mij is nog plaats; kom op de rots staan. Wanneer mijn heerlijkheid voorbijgaat, zal Ik u in de rotsholte laten schuilen, en als Ik voorbijga zal Ik u met mijn hand beschermen. Als Ik dan mijn hand terugtrek, kunt u Mij van achteren zien, want mijn gelaat kan niemand zien.’ (Exodus 33, 18-23)
Daarom hield God zijn hand beschermend voor Mozes. En bedekt Elia zijn gezicht met zijn mantel.

Damascus (1 Koningen 19, 15)
De godsdienst van JHWH moet zijn kracht bewijzen, niet alleen doorheen nieuwe cultuurvormen, maar ook over de landsgrenzen van Israël heen.



Merk op

De verzen 9b-10 worden letterlijk herhaald in 13b-14.
Exegeten vermoeden dat een of andere kopiist ze in een verstrooide bui tweemaal heeft genoteerd.



Als je dit verhaal vertelt...

... ben je geneigd Elia als hoofdpersoon te laten optreden. Eigenlijk is dit niet juist, want het gaat hier om een verhaal over JHWH. Het is belangrijk dat je de betrokkenheid van Elia op de zaak van God centraal plaatst.



Praktische info

Bij het materiaal dat u op deze site vindt, hoort een map.
'Bijbel in 1000 seconden' bevat een verzameling van ongeveer 227 fiches die stilstaan bij lezingen in het kerkelijk jaar.

Die map is te verkrijgen via: info aan bijbelin1000seconden.be
of via het: Uitgeverij Halewijn, Halewijnlaan 92, 2050 Antwerpen
Telefoon: 03/210 08 14; Mail: halewijn.uitgaven aan kerknet.be

De fiche die hoort bij 1 Koningen 19, 9a.11-13a, bevat.
. De Bijbeltekst
. Informatie bij de tekst
. De Bijbeltekst die 'Dichter bij de tijd' herschreven werd
. Informatie over Elia, een tweede Mozes
. Herinnering aan het Oude Testament




Bij de tekst

Betekenis

De held in deze tekst is God zelf. Elia is zijn helper, het ontrouwe volk de tegenstrever. De boodschap van het verhaal is te vinden in de verzen 15-18.
Uiteindelijk is het hierbij niet belangrijk wie er precies wat doet. Hoofdzaak is dat er recht geschiedt.



Elia, een tweede Mozes

Als je de verhalen leest rond de profeet Elia valt het op hoeveel gelijkenissen er zijn met Mozes.

MOZES
hoedde de kudde schapen van zijn schoonvader, in de woestijn.
Daar gaf God hem de opdracht om zijn volk uit Egypte te leiden.
Hij verbleef veertig dagen en nachten op de berg van God, de Sinaï.

ELIA
vlucht naar de woestijn.
Na veertig dagen en nachten komt hij bij de berg van God.
Daar kreeg hij een opdracht van God.

Door zo over Elia te schrijven, wordt deze profeet naar voren geschoven als een tweede Mozes, iemand die – net als Mozes - alle respect en waardering verdient.
Mozes was diegene die het verbond tussen God en het volk Israël bij de Israëlieten bracht.
Elia zorgde voor de vernieuwing, voor het bij-de-tijd brengen van dit verbond.

Toch is er een verschil.
Mozes: God maakt zich bekend in donder en bliksem.
Elia: God is te vinden in de stilte.
Dit verschil is van groot belang in de discussies met de priesters van Baäl: JHWH kan in deze polemiek niet met de stormattributen van Baäl verschijnen, zoals toen bij Mozes.



Relatie met het N.T.

Ook in Jezus vindt men trekken van Elia terug.
(broodvermenigvuldiging, dodenopwekking)
Als Jezus op de berg Tabor is, staat Hij tussen Elia en Mozes, de vertegenwoordigers van de profeten en de tora.



Context

Tekst die hier onmiddellijk aan voorafgaat:
1 Koningen 19, 4-8: Elia onder de bremstruik





Suggesties

Grote kinderen

EVEN TESTEN

Invultekst

Zet de volgende woorden op de juiste plaats in de tekst.
profeet - regen - kuddes - tijd - buren - vragen

In die ........ waren de Israëlieten landbouwers.
Ze geloofden niet meer in God,
die een rol speelde in hun geschiedenis.
Zoals toen ze nog in Egypte waren…
Als boeren hadden ze heel wat andere ................... :
hoe kan men ervoor zorgen
dat het regent, zodat het graan kan groeien?
Wat moet men doen om gezonde
........................ te hebben?
De Kanaänieten, hun ................., en hun koningin Izebel
vereerden andere goden dan Jahwe.
Ze vereerden Baal, de god van de .................. en het onweer
en Astarte, de godin van de vruchtbaarheid.
Twee goden die het antwoord op
hun vragen konden geven.
De Israëlieten begonnen steeds meer in hen te geloven dan in Jahwe.
Maar toen kwam Elia, een .................. .
Die herinnerde hen eraan dat Jahwe hun God is.



Correctiesleutel
In die tijd waren de Israëlieten landbouwers. Ze geloofden niet meer in God, die een rol speelde in hun geschiedenis. Zoals toen ze nog in Egypte waren… Als boeren hadden ze heel wat andere vragen: hoe kan men ervoor zorgen dat het regent, zodat het graan kan groeien? Wat moet men doen om gezonde kuddes te hebben?
De Kanaänieten, hun buren, en hun koningin Izebel vereerden andere goden dan Jahwe.
Ze vereerden Baal, de god van de regen en het onweer en Astarte, de godin van de vruchtbaarheid.
Twee goden die het antwoord op hun vragen konden geven. De Israëlieten begonnen steeds meer in hen te geloven dan in Jahwe. Maar toen kwam Elia, een profeet. Die herinnerde hen eraan dat Jahwe hun God is.





VERDIEPEN

Elia 'voelt' God

(C. LETERME in: Zonneland 15, 2002 + suggesties)

Vertel: lang geleden, zowat 1000 jaar voor Christus, leefde de profeet Elia. Hij woonde in Israël. De mensen noemden hem een profeet omdat hij de woorden van God sprak.
Van Elia wordt verteld dat hij op een dag erg ontmoedigd was. Hij vluchtte weg in een grot. Toen hij eruit kwam gebeurde het volgende:

Er was een grote storm,
zo krachtig dat hij bergen deed splijten
en rotsen verbrijzelde.
Maar God was niet in de storm.
Na de storm was er een aardbeving,
maar God was niet in de aardbeving.
En na de aardbeving was er vuur.
Maar God was niet in het vuur.
En na het vuur kwam er een zachte bries.
Toen Elia dit hoorde, herkende hij God.
Hij bedekte zijn gelaat
en ging op weg om Hem te ontmoeten.
(Naar het eerste boek van de Koningen, hoofdstuk 19)


Vertel dan dat iemand zich op deze tekst geïnspireerd heeft om het volgende te schrijven: lees zelf voor of laat verschillende kinderen de verschillende stukjes voorlezen:

En nu de laatste berichten voor vandaag:

Er is een stormloop op de winkels aan de gang, een ware veldslag van verbruikers die zich haasten om te kunnen feesten. Toppers van de verkoop: champagne, gerookte zalm en Italiaanse gerechten.

Men meldt een aardbeving in financiële middens: deze namiddag is de dollar nog maar eens gezakt op de Beurs van New York. Verschillende multinationals hebben nu reeds talrijke ontslagen aangekondigd voor de volgende maand.

Een vlaag van geweld overspoelt de Filipijnen: de guerrilla is er terug actief niettegenstaande het 'staakt het vuren' dat maandag laatst ondertekend werd. Men betreurt de dood van vijf jongeren en een twintigtal gekwetsten in beide kampen.

Ten slotte, een frisse wind in deze zwaar beladen actualiteit: de kleine Florian, over wie we gisteren spraken, en die dringend een mergtransplantatie moest krijgen, zal gered kunnen worden dank zij een anonieme schenker. Hij wordt nog vannacht geopereerd.

Tot zover onze berichtgeving. Bedankt voor uw aandacht. Nog een prettige avond.


In de eerste tekst vernamen de kinderen dat God in de stilte van de natuur te vinden is.
In de tweede tekst is God te vinden in ... (laat de kinderen dit met eigen woorden zeggen)
En waar denken de kinderen zelf waar God te vinden is?





BELEVEN

Elfje

De kinderen maken een elf, waarvan het eerste woord GOD of ELIA is.
In het voorbeeld dat volgt staan tussen haakjes de vragen die je bij de kinderen als hulpmiddel kunt gebruiken bij het maken van hun eigen 'elfje'

GOD
geen boeman
(wat is God niet? In twee woorden)
een lieve vader
(wie is God wel? In drie woorden)
Hij wil ons geluk
(Wat verlangt hij van de mensen? In vier woorden)
Heerlijk
(Welk gevoel roept dit bij je op? In één woord)


Meer info over het maken van een elf en andere gedichten vind je op deze website in het 'ABC van de catecheet': dichten.



Op zoek naar een beeld voor God

(C. LETERME in Samuel Opsteker, uitgeverij Averbode, 2001 nr. 1)

Vooraf
Zorg voor zes flappen, waarop telkens één van de volgende woorden staat:
AARDBEVING, geschreven met gebroken letters
BLIKSEM, geschreven met bliksemschichten
VUUR, geschreven met vlammen
ZACHTE WIND, cursief geschreven
HEVIGE STORM, verward geschreven: allerlei letters dooreen
VRAAGTEKEN, een groot vraagteken samengesteld uit kleine vraagtekentjes
Zorg op elk van deze flappen voor een plaats waar de kinderen in het begin van de activiteit niet mogen op schrijven (b.v. een strook of een tekstballon).
Leg de flappen op een tafel.




Verloop
Vraag aan de kinderen om naar elk van de flappen te kijken en zich af te vragen of het woord op de flap hen op een of andere manier aan God doet denken, en waarom dat zo is.
De kinderen schrijven hun mening op de flap - anderen mogen schriftelijk reageren op die flap. Dit gebeurt in stilte. Zorg eventueel voor wat rustige achtergrondmuziek.
Ga van flap tot flap kijken en schrijf er eventueel op vragen ter verduidelijking.
Neem nadien de gegevens op de flappen samen met de kinderen door.


Vertel dan:
'Lang geleden, zowat 1000 jaar voor Christus, leefde de profeet Elia. Hij woonde in Israël. De mensen noemden hem een profeet omdat hij de woorden van God sprak.
Van Elia wordt verteld dat hij op een dag erg ontmoedigd was. Hij vluchtte weg.

Zo ging Elia op de berg Horeb.
Het werd donker en hij ging een grot binnen om er te slapen.
Toen hij 's morgens wakker werd, vroeg God:
'Elia, wat doe je hier?'
Elia zei: 'Ik vlucht voor mijn leven.'
God zei: 'Kom naar buiten'
Toen stak er een geweldige storm op,
maar in de storm was God niet.
Toen volgde een aardbeving,
maar in de aardbeving was God niet.
Op de aardbeving volgde er bliksem en vuur,
maar ook in het vuur was God niet.
Dan kwam er een hele zachte wind.
Toen Elia dit voelde, bedekte hij zijn gezicht met zijn mantel,
want hij wist: 'Nu komt God voorbij'.
En God sprak tot hem: 'Wat doe je hier Elia?
Ga terug vanwaar je gekomen bent.'
(naar eerste boek der Koningen, hoofdstuk 19)


Bespreek:
Stel je voor dat je Elia was.
- Waarom zou Elia God in de zachte wind ervaren?
- Wat zou hij gedacht hebben bij de verschillende woorden op de flappen?
- Waarom zou hij zo denken?
De kinderen schrijven die reactie van Elia in de grote tekstballon of op de strook op elke flap.




TIPS
.
Gebruik foto’s ipv woordkaarten. Die hebben het voordeel meer aan te spreken, maar het nadeel dat ze de creativiteit kunnen inperken. (Bv. 'vuur' kun je weergeven met: kampvuur, haardvuur, brandend bos, vuurspuwende berg - indien je maar 1 foto gebruikt, ben je te beperkend bezig - tenzij je een foto vindt met alleen maar vlammen op.)


.
Vervang de bespreking door de methode van de lege stoel.



Waar is God te vinden?

Vooraf
Zorg voor kranten en tijdschriften
Twee bladen papier (A3) die je naast elkaar legt.
Op het ene blad schrijf je: NIET IN ...
Op het andere schrijf je: MAAR IN ...
Onderaan - over de twee bladen heen schrijf je: ... KUN JE GOD VINDEN.




Verloop
Leg de twee bladen papier (A3) naast elkaar in het midden van de kring.
Deze flappen kleven / schrijven de kinderen vol met krantenkoppen, foto's, woorden, teksten, bedenkingen die de kinderen vonden in hun zoektocht naar waar God te vinden is.





ZINGEN

Elia man van God

Tekst & Muziek: Rikkert Zuiderveld

Elia man van God
Wat doe je hier
Wat doe je hier
Verborgen in een grot

Here ik heb mijn best gedaan
Maar niemand luisterde
Maar niemand luisterde
Toen ben ik maar weggegaan

En opeens was daar een storm
Die bergen verscheurde en rotsen
Verbrijzelde
Maar in de storm
Was de Here niet
Elia

En opeens beefde de aarde
Alles trilde en schudde en rammelde
Maar in de aardbeving
Was de Here niet
Elia

En opeens was daar een vuur
Alles gloeide en brandde en knetterde
Maar in het vuur
Was de Here niet
Elia

En toen het suizen van een zachte koelte
En een stem die zei: Ik ben bij je




Klik hier om te beluisteren en / of mee te zingen.





DOEN

Spreken met kleuren

De ommekeer in het leven van Elia

De kinderen beelden met kleur (bv. plakkaatverf) de ommekeer in het leven van Elia uit.



De zachte bries

Elia 'hoorde' God in de stilte na al het natuurgeweld dat eraan was voorafgegaan.
Nodig de kinderen uit om met kleuren iets over God te zeggen.
Nadien komen de kinderen in een kring bijeen en stellen ze hun werk aan de anderen voor. Hierbij wordt van gedachten gewisseld - niet gediscussieerd!


Belangrijk
Deze activiteit daagt de kinderen uit om na te denken over God in hun leven en de betekenis die Hij daarin kan hebben. Het gesprek daarna heeft niet de bedoeling om te komen tot een 'juiste' voorstelling van God, maar wil de eigen visie laten verrijken aan die van anderen.





Jongeren

KENNISMAKEN MET DE BIJBELTEKST

Elia ontmoet God

Speel een kort stukje instrumentale muziek. De tijd van de muziek noteren de jongeren wat het woord ‘God’ bij hen oproept (woordspin). Help hen eventueel op weg met de volgende vragen: Wie? Hoe? Wanneer?
Noteer nadien hun antwoorden op een bord / flap (plaats gelijklopende antwoorden bij elkaar)

Lees daarna het verhaal voor uit de Bijbel. Vul de woordspin op bord / flap aan met nieuwe elementen die in de Bijbeltekst ontdekt werden. Gebruik hiervoor een ander kleur. Onderlijn met dezelfde kleur de woorden die de kinderen reeds eerder gevonden hebben, en die ook teruggevonden werden in de Bijbeltekst.

Ga daarna dieper in op de tekst:
- Wat is een profeet?
(Iemand die zegt wat God aan de mensen wil zeggen / een woordvoerder van God)

Vertel welke goden waren koningin Izebel vereerde.
. Baal: de god van de regen en het onweer
. Astarte, de godin van de vruchtbaarheid.
Regen is heel belangrijk voor landbouwers, omdat de gewassen zonder regen niet groeien.
Vruchtbaarheid bij mens en dier is belangrijk om in leven te kunnen blijven en om bij ouderdom en ziekte verzorgd te kunnen worden (kinderen zorgen voor hun ouders).

- Waarom vlucht Elia de woestijn in?
(Hij vlucht omdat de koningin hem wil doden; hij is ontmoedigd omdat de mensen niet meer in Jahwe God geloven)

De jongeren onderzoeken hoe het komt dat de vluchtende, ontmoedigde Elia (begin van de tekst uit de Bijbel), naar het einde van de tekst uit de Bijbel actief op weg is.
(Hij heeft God ontmoet – niet in storm, aardbeving, bliksem ... maar in de stilte. God stimuleert hem om verder profeet te zijn. Hij doet dat door er op te wijzen dat er nog 7000 mensen in Hem geloven.)

- Hoe wordt duidelijk dat God Elia niet in de steek laat? (Elia komt Elisa tegen die hem wil helpen)






ONDERZOEKEN

Elia, een tweede Mozes

Lees: 1 Koningen 19, 4-13a

Daarin valt te lezen:
JHWH leidde Elia naar de woestijn.
Elia gaat naar de berg van God.
Daar verblijft hij veertig dagen en nachten
en krijgt een taak.
Hij bindt er de strijd aan tegen de afgodendienst
en ziet JHWH in het voorbijgaan.


- Zoek de parallellen met Mozes. Lees daarvoor: Exodus 33, 18-23.


Extra info
Mozes bracht het verbond bij het volk Israël.
Elia zorgt voor de vernieuwing ervan: voor het bij-de-tijd brengen ervan.
Die tocht naar de Horeb kan men lezen als de terugkeer naar de bron: een herbronning die leidt naar een vernieuwde activiteit.


Toch is er een verschil.
Mozes: God maakt zich bekend in donder en bliksem.
Elia: God is te vinden in de stilte.
Dit verschil is van groot belang in de discussies met de priesters van Baäl: JHWH kan in deze polemiek niet verschijnen met de stormattributen van de god Baäl, zoals toen bij Mozes.





Overweging

Paul Kevers

(P. KEVERS in Samuel Plus, uitgeverij Averbode 2005, nr 1)

Elia is vooral bekend als de 'vurige profeet', die zich hevig verzet tegen de afgodendienst en moedig opkomt voor de ene, ware God. Maar Elia blijkt ook een 'mens als wij ' te zijn. Iemand die twijfel en ontmoediging kent en die af en toe een opkikker nodig heeft.
De koningin heeft gezworen dat zij Elia zal doden. Zijn leven is dus in gevaar. Elia wil het opgeven. Hij voelt zich eenzaam en verlaten en vlucht de woestijn in. Maar God stuurt een engel om hem te sterken. Daarna loopt Elia veertig dagen door de woestijn, tot hij bij 'de berg van Mozes' komt, de berg van het verbond. Die tocht is voor Elia een bezinningstocht, een 'leerschool'.
Bij de berg ontmoet hij God. Hij leert dat God anders is dan hij gedacht had. God is niet als vuur, donder en bliksem, maar als de stilte van een zachte bries. Hij leert ook dat zijn eigen persoontje niet het belangrijkste is. Niet het leven van Elia, maar het verbond van God is in gevaar. En het is niet waar dat hij helemaal alleen staat. Er zijn duizenden mensen die in God geloven. Bovendien staat Elisa klaar om hem te helpen en op te volgen...
Gesterkt en tot inzicht gekomen, zet Elia zijn taak als profeet voort.